Visie op onderwijs en docentschap
2.1 Visie bij aanvang 2023
Toen ik begon als docent was ik vooral gemotiveerd om studenten te helpen het vak goed te leren beheersen en de theoretische kennis te vertalen naar de praktijk. Vanuit mijn eerdere ervaringen met het begeleiden van studenten die nog weinig praktijkervaring hadden, zag ik hoe lastig het voor hen kon zijn om zich een beeld te vormen van de beroepsrealiteit. Dat maakte dat ik graag wilde bijdragen aan hun ontwikkeling, maar in die eerste periode was ik nog zoekende naar hoe ik dat het beste kon doen. Ik wilde studenten stimuleren om de verbinding tussen theorie en praktijk te maken, maar ontdekte al snel dat dit meer vraagt dan kennisoverdracht alleen.
In het begin lag mijn nadruk vooral op het uitleggen en analyseren van handelingen (hoe staat het in de lesstof en gebeurt het in de praktijk). Ik wilde duidelijk zijn en structuur bieden, maar merkte dat studenten daardoor soms vooral afwachtten. Gaandeweg begon ik te experimenteren met andere werkvormen. Door middel van tekenlessen, praktijkvoorbeelden en presentaties probeerde ik studenten zelf verbanden te laten leggen tussen wat ze leerden en hoe dat er in de praktijk uitzag. Dat sloot aan bij mijn eerste leerdoel: studenten helpen om theorie en praktijk met elkaar te verbinden.
Ik ontdekte dat het krachtiger was om niet alles uit te leggen, maar om studenten zelf te laten onderzoeken en verschillende oplossingen te laten verkennen. Dat vroeg van mij dat ik durfde loslaten, vertrouwen had in hun eigen proces en leerde omgaan met de onvoorspelbaarheid die dat soms met zich meebracht. Juist door die ervaring ontwikkelde ik een meer coachende houding en groeide mijn inzicht in hoe leren werkt.
Tegelijkertijd werd ik mij steeds bewuster van de verschillen binnen de groep. Sommige studenten werkten zelfstandig en met veel motivatie, terwijl anderen moeite hadden om de aandacht vast te houden of structuur te vinden. Ik wilde leren hoe ik beter kon aansluiten bij die verschillende leerbehoeften en dat werd mijn tweede leerdoel: flexibel inspelen op verschillen en groepsdynamiek.
In het begin hield ik mijn lesplanning strak aan, maar ik merkte dat dit niet altijd aansloot bij het tempo en de interesse van de groep. Wanneer ik zag dat studenten hun aandacht verloren, besloot ik spontaan de les vorm te veranderen. Zo verving ik een deel van mijn presentatie door een groepsopdracht waarin studenten zelf een onderdeel onderzochten en toelichtten. Dat zorgde voor meer betrokkenheid en energie in de klas. Ook bij het bespreken van de digitale portfolio ontstonden waardevolle leermomenten, omdat studenten hun eigen praktijkvoorbeelden inbrachten die we samen bespraken.
Door dit soort ervaringen leerde ik dat ik mijn lessen niet altijd hoefde te sturen; soms werkte het beter om juist mee te bewegen met de groep. Het gaf mij meer vertrouwen in mijn intuïtie en liet zien dat flexibiliteit en structuur elkaar niet hoeven uit te sluiten.
Daarnaast wilde ik mij verder ontwikkelen op pedagogisch en didactisch vlak, zodat ik beter kon inspelen op de verschillende achtergronden en leerstijlen van studenten. Dit vormde mijn derde leerdoel: groeien als begeleider en een veilige leeromgeving creëren.
In de aanloop naar het PDG-traject volgde ik verschillende trainingen (starters traject van de TOF-Academie van MBO-Amersfoort) en ging ik actief in gesprek met collega’s binnen het onderwijs team. Hun feedback hielp mij om mijn lessen beter af te stemmen en bewuster stil te staan bij de interactie met studenten. Ik ontdekte dat een positieve leeromgeving begint bij aandacht en vertrouwen. Door meer ruimte te geven aan de persoon achter de student, merkte ik dat de betrokkenheid toenam en dat studenten zich vrijer voelden om fouten te maken en vragen te stellen. Dat was voor mij een belangrijke stap in mijn professionele groei.
Terugkijkend op deze periode zie ik duidelijk hoe mijn ontwikkeling is verlopen: van een beginnende, zoekende docent die vooral gericht was op uitleggen en controleren, naar iemand die leert loslaten, stimuleert en begeleidt. De warme en collegiale sfeer binnen het onderwijsteam heeft daarin een grote rol gespeeld. Ik voelde me gesteund, kreeg de ruimte om te experimenteren en leerde van de ervaringen van anderen. Die samenwerking heeft mij bevestigd dat ik de juiste keuze heb gemaakt om de stap naar het onderwijs te zetten.
In de toekomst wil ik mij verder verdiepen in differentiatie, formatief evalueren en coachend begeleiden. Mijn doel is om mijn lessen nog beter af te stemmen op de verschillende leerbehoeften binnen de klas en studenten te stimuleren om eigenaarschap te nemen over hun leerproces. Ik kijk terug op een leerzame en inspirerende periode waarin ik van een zoekende starter ben uitgegroeid tot een docent die met vertrouwen, betrokkenheid en nieuwsgierigheid het onderwijs vormgeeft.